Guy Vaes. Octobre, long dimanche. Roman.

1956 Paris, Librairie Plon, édition originale, 310p. 19:12 cm. Broché. Avec dédicace a Alain Germoz:

“A mon vieil ami Alain,/ cet ‘Octobre,/ long dimanche’/ dans lequel il retrouvera le/ principe qui nous obséde de-/ puis des années:/ Pour une robuste décadence/ et pour une vaine morbidité./ Avec toute l’amitié/ de ton compagnon plané-/ taire/ Guy Vaes”

Peter Verhelst. Koor.

Een keuze uit de poëzie (1987-2017). Met een nawoord van Stefan Hertmans. 2017 Amsterdam/ Antwerpen, De Bezige Bij, eerste druk. 145p. 21,5:16 cm. Garenloos.

Met opdracht van Stefan Hertmans: “Voor Gert,/ ook namens Peter,/ Stefan Hertmans.

Stefan Hertmans. Het Narrenschip.

1990 Gent, Poëziecentrum. 63p. 22:14,5 cm. Linnen met stofomslag. Met gesigneerde handgeschreven dichtregel op de titelpagina:
“Ooit, toen ik met Charybdis/ in de noordenwind…”

 

Erik Spinoy. Ik.

2006 Gent, Druksel, eerste druk oplage 126 genummerde en gesigneerde exemplaren, 40p. 22:14 cm. Cahiersteek met omslag.

 

Eddy du Perron (als Duco Perkens). De behouden prullemand.

Snotneus-vaerzen van Duco Perkens. Zorgvuldig gerangschikt en gedrukt, ter vermeiïng van enkele vrienden en magen, in twaalf exemplaren, met portret door Creixams. 1925 (Brussel), eigen beheer, oplage 12 exemplaren, 65p. 20:15,5 cm. Ingebonden in een blinde band met sierpapier overplakt (plaatselijk wat papierverlies), met behoud van het oorspronkelijke omslag.

Du Perrons voorliefde voor uniforme en anonieme boekbanden is bekend. De overeenkomstige uitvoering van het exemplaar in de collectie van de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag, uit het vroegere bezit van A.A.M. Stols (met dank aan collega Fokas Holthuis voor deze vaststelling) wijst op mogelijk meerdere exemplaren in deze blinde band en doet ons veronderstellen dat dit de door Du Perron bedoelde uitgeversband is.

Van ‘Prilste Bellen’, ‘Pootigheidjes’ tot ‘De schoone Mirette voor wie mijn Hart van Liefde werd vervuld en berstte’.

Met een bondige verantwoording vooraf:

‘Zonder het getuigenis van Creixams, die mij — in Juli ’22 — ongeveer gezien moet hebben zooals ik was, zou ik het misschien niet gewaagd hebben deze vaerzen, zij ’t slechts in twaalf exemplaren, te doen drukken. Het portret kan ruimschoots tot inleiding dienen’.

Jeroen Brouwers. Joris Ockeloen en het wachten. Een lotgeval.

1967 Brussel/ Den Haag, Manteau, eerste druk, 176p. 20:12,5 cm. Garenloos. Met opdracht aan collega-schrijver Nico Wijnen (1916-1989): “voor Nico Wijnen/ met een hart vol sympathie/ & ter herinnering aan onze/ eerste ontmoeting in Den Haag/ op 13 mei 1968./ Jeroen Brouwers./ Brussel. 5/7/68”. (Dertien mei 1968 was de dag waarop de Vijverbergprijs voor ‘Joris Ockeloen en het wachten’ werd uitgereikt.)

1 2 3 4 5 6 7 8 27